AmDmGCAmEAmE
Brigitte:
N.C.
Luisteraar, hij is knap, hij is leuk.
N.C.
Hij is intelligent, hij is sterk.
N.C.
Hij is woest aantrekkelijk
N.C.
Hij heeft een snor en een accent en hij staat hier naast me.
N.C
Ik zing het duet met de man van mijn dromen.
Herman:
N.C.
Dank je Birgit. En zei Socrates niet al: op ieder potje past een deksel.
N.C.
Al verschillen wij nog zo veel, al en hebben wij een totaal andere stijl,
N.C.
Als wij bij elkaar zijn, dan past zelfs de grootste sleutel in het kleinste slot.
[Verse 1]
Birgitte:
N.C.
Wat zeg je?
AmDm
Jij bent de sleutel, ik het slot
GC
Jij bent de gids, ik ben de grot
AmE
Jij bent de deksel, ik de pot
AmE
We staan samen sterk, dit gaat nooit kapot.
[Verse 2]
Herman:
AmDm
Jij bent de zee, ik ben de pier
GC
Jij bent het glas, ik ben het bier
AmE
Jij bent de koe, ik ben de stier (oh Herman)
AmE
Één uur met jou is 5 kwartier.
[Verse 3]
Birgitte:
AmDm
Jij bent de trein, ik het station (we staan samen sterk)
GC
Jij bent de regen, ik de ton (we staan samen sterk)
AmE
Jij bent de kers, ik de bonbon (we staan samen sterk)
AmE
Jij bent de rups, ik de cocon. (we staan samen sterk)
[Verse 4]
Herman:
AmDm
Ik het zakje, jij de thee (we staan samen sterk)
GC
Ik ben de kaas, jij de souffle (we staan samen sterk)
AmE
Ik ben de keizer, jij de slee (we staan samen sterk)
AmE
Ik ben Toon Hermans, jij bent carree. (we staan samen sterk)
[Chorus]
Both:
ADm
We staan samen sterk
GC
We staan samen sterk
AmE
We staan samen sterk
AmE
We staan samen sterk.
[Bridge]
Birgitte:
DmC
'k Had nooit gedacht dat ik ooit met jou zou zingen.
Herman:
N.C.
Ik mocht eerst niet van mn verloofde.
Birgitte:
EAm
Een liefdesduet
Herman:
N.C.
Wie weet worden we er wereldberoemd mee.
Birgitte:
DmC
Dan maken we nog meer van dit soort dingen.
Herman:
N.C.
We zingen over heel de wereld.
Birgitte:
EEm
Dan kopen we een villa en een jacht. (een villa en een jacht)
Herman:
N.C.
Nou, een villa en jacht vind ik trouwens ook weer niet nodig.
Birgitte:
N.C.
Waarom niet?
Herman:
N.C.
Nou da's duur..
Birgitte:
N.C.
Nou jah Herman, we zitten midden in een romantisch duet!
Herman:
N.C.
Nou ik vind dat toch wel belangrijk..
Birgitte:
N.C.
Nou jah sorry hoor maar dat vind ik nou echt iets voor een tukker
N.C.
Om nou over geld te gaan beginnen..
Herman:
N.C.
Jah luister toch eens, ik vind romantiek best,
N.C.
Maar het moet wel betaalbaar blijven
Birgitte:
N.C.
Nou jah.. dat vind ik nou echt belachelijk!
[Verse 5]
Herman: (Brigitte with angry voice between braces())
AmDm
Ik ben bang
GC
Wij zijn het varken en de tang
(wat een pietluttigheid nou opeens zeg!)
AmE
Bonifatius en een Fries
(betaalbare romantiek, dat bestaat toch helemaal niet?!)
AmE
Jij bent het schrikdraad waarop ik pies.
(dat kost helemaal handenvol geld, nou, dikke rentekwakker ook eigenlijk ook zeg)
[Verse 6]
AmDm
Ik ben de kip, jij bent de grill
(hiero, moet je hem nu zien staan in z'n ouwe kloffie)
GC
Ik ben de paus, jij bent de pil
(hij heeft ook geen smaak ook he)
AmE
Wij zijn een doedelzak in Tirol
(k had het gewoon met Danny de Munk moeten doen, die begrijpt dat soort dingen tenminste)
AmE
Jij bent het gazon en ik ben de mol.
(jah en maar doorzingen, waar slaat dat nou op)
[Verse 7]
AmDm
Ik ben de steen, jij bent de nier
(stomme snor)
GC
Jij bent Amstel, ik ben bier
(jah en nog een beetje reclame zitten maken op mijn cd)
AmE
Jij bent de zebra ik de gier
(hoer, nou, ik heb het helemaal gehad)
AmE
Het leek mij ook sterk!
Birgitte:
N.C.
Nou mij ook. Het leek me ook sterk.
Herman:
N.C.
Het leek me ook sterk.
Birgitte:
N.C.
Het leek me ook sterk.
Herman:
N.C.
Het leek me ook sterk.