C                 F
Duw een beetje er kan nog eentje bij.
C                 F                    F
Duw een beetje er kan nog eentje bij. (altijd eentje bij)

[Verse 1]
C                     C
Ik had op een avond.
       F                      F
Al m'n vrienden uitgenodigd.
         C
Voor een reuze party, op m'n kleine flat.
     G             G
En gewoon gedacht.

[Chorus]
C      F                     C
Ja, er kan nog altijd eentje bij.
   F                     C
Er kan nog altijd eentje bij.
           G                  C            F
Duw een beetje dan kan er nog eentje bij.

[Verse 2]
         C                    C
't Begon maar om half negen.
          F                  F
Maar rond een uur of zeven.
            C
Toen ik met m'n voorraad.
                                  G             G
Uit de supermarkt kwam, klonk het in m'n hart.

[Chorus]
C      F                     C
Ja, er kan nog altijd eentje bij.
   F                     C
Er kan nog altijd eentje bij.
           G                  C
Duw een beetje dan kan er nog eentje bij.

[Verse 3]
F
Met moeite raakte ik m'n kamer binnen.
C
Er stond een zee van volk.
   C
Te duwen en te wringen.
   G
En iedereen maar zingen.

[Chorus]
C      F                     C
Ja, er kan nog altijd eentje bij.
   F                     C
Er kan nog altijd eentje bij.
           G                  C
Duw een beetje dan kan er nog eentje bij.

[Break]
| F | C | F |

[Bridge]
C                 F
Duw een beetje er kan nog eentje bij.
C                 F                    F
Duw een beetje er kan nog eentje bij. (altijd eentje bij)

[Verse 4]
   C                     C
Ze zaten op de trappen.
      F                  F
In de handen te klappen.
   C
Ze dansten op de tafels.
                            G             G
En op eender wat, zelfs tot in m'n bad.

[Chorus]
C      F                     C
Ja, er kan nog altijd eentje bij.
   F                     C
Er kan nog altijd eentje bij.
           G
Duw een beetje dan kan er nog..

[Chorus]
C      F                     C
Ja, er kan nog altijd eentje bij.
   F                     C
Er kan nog altijd eentje bij.
           G
Duw een beetje dan kan er nog..

[Chorus]
C      F                     C
Ja, er kan nog altijd eentje bij.
   F                     C
Er kan nog altijd eentje bij.
           G
Duw een beetje dan kan er nog..

[Chorus]
C      F                     C
Ja, er kan nog altijd eentje bij.
   F                     C
Er kan nog altijd eentje bij.
           G
Duw een beetje dan kan er nog..