[Intro] C E|-----0-|-0---0-|-------|-------| B|-1-3---|---3---|-1-----|-------| G|-------|-------|-------|-------| D|-------|-------|-------|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| C G E|-----0-|-0-1-3-|-------|-------| B|-1-3---|-------|-3-----|-------| G|-------|-------|-------|-------| D|-------|-------|-------|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| F G E|-1-1-0-|-------|-------|-------| B|-------|-3-3-1-|-0-0---|-------| G|-------|-------|-----2-|-0-----| D|-------|-------|-------|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| G C E|-------|-------|-------|-------| B|-0-0---|-------|-------|-------| G|-----2-|-0-0---|-------|-------| D|-------|-----3-|-2-----|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| C E|-----0-|-0---0-|-------|-------| B|-1-3---|---0---|-1-----|-------| G|-------|-------|-------|-------| D|-------|-------|-------|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| C F E|-5-5-5-|-5-4-3-|-1-----|-------| B|-------|-------|-------|-------| G|-------|-------|-------|-------| D|-------|-------|-------|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| G C E|---0-1-|-1-0---|-0-1-3-|-3-----| 7 B|-3-----|-----3-|-------|-------| G|-------|-------|-------|-------| D|-------|-------|-------|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| G C E|-----0-|-1-0---|-------|-------| 8 B|---1---|-----3-|-1-----|-------| G|-0-----|-------|-------|-------| D|-------|-------|-------|-------| A|-------|-------|-------|-------| E|-------|-------|-------|-------| [Verse 1] C Kom met me mee naar Maastricht G Voor wie niet weet waar dat ligt N.C. Ergens in het uiterste zuiden van het land C Parel van het Limburgse land. N.C. Stad met een eigen gezicht F Door de Romeinen gesticht C En door de Fransen beïnvloed als geen G C Kom maar, dan gaan we er heen. [Verse 2] C Kom met me mee en flaneer G Proef die Bourgondische sfeer N.C. Stad van traditie, van wierrook en bier C Altijd het grootste plezier. N.C. Stad aan de kolkende Maas F Weinig bezongen, helaas C Stad zoals jij bent, zo is er niet een G C Kom maar dan gaan we er heen. [Verse 3] C Kom met me mee naar Maastricht G Stad met het oude gezicht N.C. Stokoude straten maar jong nog van hart C Altijd een beetje apart. N.C. Stad aan de kolkende Maas F Weinig bezongen helaas C Zo'n zachte G als jij heeft er niet één G C Kom maar dan gaan we er heen. [OutVerse] F C Stad als een onuitgesproken gedicht G C Kom met me mee naar Maastricht. [Verse 4] C Koom mee miech mit nao Mestreech G Worrich m'n luierke kreech N.C. Hier bin ich blied bij André Rieu C Walzen mit beene te veul. N.C. Stad vaon sour vlees oet 'e buul F Mestreecher weet oek bedoel C Stad as bestippe besteet toch geen één. G C 't Heimwee naor diech neemt miech mee. [Outro] F C Stad vannet rosbeef de vreed of de baas G C Uut te cafee vaan Sint Servaas. F C Sins ich et eerste applaus vaan ou kreech G C Sind wier verleefd op Mestreech.