CG7CG7
Daar komen langs de harde baan Sint Jozef en Maria aan.
AmDmCG7C
Zij stromplen met hun laatste kracht tezamen door de gure nacht.
CCAmAm
Hij leidt haar steeds maar verder mee al smekend om een legerstee.
D7GD7G
Maar alle deuren blijven toe en, ach, Maria is zo moe...
[Chorus]
CG7CG7D7G
Kerstnacht, die schone,kan liefde niet wonen in ieders gemoed?
DmADmADmG
Kerstnacht, wij smeken, wees ’t wekkende teken van ’t Opperste Goed!
G7CCADmDmG7C
Schitter, o sterre, daar hoge en verre, als liefdesignaal voor ons allemaal.
[Verse 2]
CG7CG7
Hoe vriend’lijk hij ook biedt en vraagt: als beed’laar wordt hij weggejaagd.
AmDmCG7C
Alleen een traan verraadt de smart van zijn zo zwaar gefolterd hart.
CCAmAm
En verder leidt hij haar maar mee al smekend om een legerstee.
D7GD7G
Maar alle deuren blijven toe en, ach, Maria is zo moe...
[Chorus]
CG7CG7D7G
Kerstnacht, die schone,kan liefde niet wonen in ieders gemoed?
DmADmADmG
Kerstnacht, wij smeken, wees ’t wekkende teken van ’t Opperste Goed!
G7CCADmDmG7C
Schitter, o sterre, daar hoge en verre, als liefdesignaal voor ons allemaal.
[Verse 3]
CG7CG7
Voorbij het dorp, in ’t licht der maan ziet Jozef plots een stal’ke staan.
AmDmCG7C
Bij os en schaap vindt hij daar misschien vannacht een plaats voor Haar...
CCAmAm
Naar ’t stal’ke leidt hij Haar nu mee, al hopend op een legerstee.
D7GD7G
Al d’andre deuren bleven toe en, ach, Maria is zo moe.
[Chorus]
CG7CG7D7G
Kerstnacht, die schone,kan liefde niet wonen in ieders gemoed?
DmADmADmG
Kerstnacht, wij smeken, wees ’t wekkende teken van ’t Opperste Goed!
G7CCADmDmG7C
Schitter, o sterre, daar hoge en verre, als liefdesignaal voor ons allemaal.