Een voor een trek jij de smalle voren in ons land En daarna strooien wij de korrels koren uit onze hand Op ons land Ik jaag met jou de vogels weg En ik wacht met jou Tot het koren bloeit Ik zie met jou hoe het langzaam groeit En wacht met jou Tot ik met jou eens Het brood zal kunnen delen Dat je voor je zag toen je de smalle voren trok in de tijd En toen daarin de korrels vielen van het koren, voor altijd Voor altijd Ik jaag met jou m'n angsten weg En ik wacht met jou Tot het zover is Tot het voor ons volop zomer is En wacht met jou Tot ik met jou dan Alles zal kunnen delen Dat je voor je zag toen je de smalle voren trok in m'n ziel En toen ik wist dat elke korrel koren in goeie aarde viel Voor altijd