Ze zat naast me In de bus Want ze had het zo knus In het Nieuwsblad zien staan En we zouden vandaag Naar de Hoogovens gaan Had ze vaag Horen verluiden Ik lachte beleefd en begon een verhaal Over sjieke fabrieken en stapels van staal Want we trokken tenslotte behoorlijk massaal Uit het zuiden Naar IJmuiden En ze zei: "Ik geniet echt intens Want ik ben een gezelligheidsmens Laaalaaalalaaaa...." Ze zat naast me In de trein En het grauwe terrein Van de Hoogovens gleed Aan de raampjes voorbij Hetgeen mij wel wat deed Maar zij zei: "Kan het nog grijzer? Wat is dat voor rotzooi? Die lui zijn gestoord! En wat gooien ze daar nou voor troep buitenboord?" Dus ik deed of ik lachte en zei als een soort Onderwijzer: "Dat is nou ijzer" Maar ze kreeg er niet zoveel van mee Want inmiddels zong heel de coupe: Laaalaaalalaaaa.... Ze liep naast me In de loods En het schouwspel was groots En enorm imposant Toen het dikste pakket Op de lopende band Werd geplet Tot het dunste metaaldraad Een gids liep voorop en vertelde vol vuur Wat het stroomverbruik was en de temperatuur En de kracht van de wals, als die acht keer per uur Met het staalplaat Aan de haal gaat Maar ik heb er geen hout van verstaan Want de hele fabriek zong spontaan Allemaal! Laaalaaa..... Ze stond naast me Bij de rand En ik heb met mijn hand Die beweging gemaakt Die bij menigeen ruw- Weg bekend is geraakt Als een duw... Ook al was het maar zwakjes... Ze stopte met zingen en slaakte een gil Het siste nog even en toen werd het stil En toen kwam ze tevoorschijn uit twintig verschil- Lende vakjes En in plakjes Er is niets zo meeslepend en vals Als zo'n krachtige Hollandse wals! Hmm-mmm-mm-mmmm.....