C [Verse 1] C Weet je schat, Am we zien het soms een beetje zwart F G Soms lijkt de wereld om je heen, C koud en gemeen C En je strijdt, Am omdat de aarde lijdt F G Maar zelfs als de zon voorgoed verdween C Je vecht nooit alleen [Chorus] F G C F Want je hebt de tijd de eeuwigheid F G C De verbeelding aan je zij F G C F En je weet daar zal ik altijd zijn F G C F Als je mij belooft, dat je blijft geloven F G Am Dat een mens krijgt wat hij geeft F G C F In je grootste zorg, zit de hoop verborgen F G Am Dat wie lief heeft overleeft [Verse 2] C Stil maar lief, Am je piekert want het wil maar niet F G Ga waar de wind je vleugels vindt, C ontstijgt je verdriet C Am En je vraagt wie dan de aarde draagt F G Kijk naar de zon, de bron, ze scheen C Je was nooit alleen [Chorus] F G C F Want je hebt de tijd, de eeuwigheid F G C De verbeelding aan je zij F G C F En je weet daar zal ik altijd zijn F G C F Als je mij belooft, dat je blijft geloven F G Am Dat een mens krijgt wat hij geeft F G C F In je grootste zorg, zit de hoop verborgen F G Am Dat wie lief heeft overleeft [Ourto] F G C F In je grootste zorg, zit de hoop verborgen F G Am Dat wie lief heeft overleeft F G Am Dat wie lief heeft overleeft.